Werkt met internet™

An article, posted more than 13 years ago filed in business, internet, future, html, html5, app, toekomst & zakelijk.

Wired redacteur Chris Anderson heeft weer eens een stuk geschreven waar wel weer een tijdje over gepraat gaat worden (Chris Anderson was ook degene die The Long Tail als marketing concept neerzette, en vervolgens ook ‘gratis’ als businessmodel uitlegde). De titel van zijn laatste artikel: “Het web is dood. Lang leve het internet.” In het kort komt het er op neer dat gebruikers langzaam vertrekken van het web als in met hyperlinks verbonden HTML pagina’s naar zogenaamde ‘apps’ (lekker twitterbaar kort voor ‘applicaties’). Naar HTML pagina’s moet je zoeken, met apps komt het naar je toe. Het voordeel van apps is dat je er misschien wel voor betaald, maar je wel gewoon netjes, op een gecontroleerde manier, de dingen krijgt die je wilt hebben. Of in ieder geval goed genoeg vind.

Het internet wordt steeds volwassener. Waren het gisteren nog vooral technici die droomden van het open internet als ideaal, dan zijn het vandaag jan en alleman die content genereren en bedrijven die de zoekresultaten vervuilen met het SEO kat en muis spel. Morgen willen we gewoon aan het werk zijn met dingen die we nodig hebben (of gewoon direct vermaakt worden).

Chris Anderson observeert een traditionele verschuiving die eerder plaats vond met telefonie, spoorwegen, radio, etc. Eerst zijn het kleine bedrijfjes, maar na verloop van tijd gaan deze samen en resulteert het in bijna monopolies, waar moeilijk tussen te komen is als kleine ondernemer. Het web wordt geslotener. Niet omdat de standaarden veranderen, maar omdat het publiek niet meer de tijd neemt om alle pagina’s te doorzoeken met zoiets als een Google zoekmachine. Mensen blijven niet eindeloos zoeken naar de beste informatie. Goed genoeg in een mooi jasje is voldoende reden om niet langer tijd te besteden aan zoeken.

Maar zijn er dan geen manieren meer om als niet media-conglomeraat binnen te dringen in die gesloten kathedralen? Natuurlijk wel! Dat is het mooie, de content wordt wel geleverd via het internet. Op de achtergrond van veel apps draait nog steeds het internet. Je kunt jouw content zodanig aanbieden dat grote organisaties jouw content op kunnen pikken. Door zelf aan te sluiten bij gestandaardiseerde API’s. Door je inhoud volledig te publiceren in een feed. Of door zelf een applicatie te schrijven die mensen in jouw niche bedienen. Want zoveel veranderd er nu ook weer niet als je het vanuit een hoger niveau bekijkt. Eigenlijk gaat het alleen nog meer over de gebruiker: in plaats van wat jij wilt zeggen (tenzij jij degene bent die een van die paar grote websites heeft die iedereen kent), moet jij zorgen dat je zegt wat de gebruikers willen horen, en dat dat opgepikt wordt, interessant genoeg is om opnieuw gepubliceerd te worden (al was het maar een simpele retweet die er voor zorgt dat jouw bericht onder de aandacht komt van een hele andere groep followers). De gebruikers hebben geen zin meer om te zoeken naar jouw informatie, tenzij je onderscheidend genoeg bent: dan downloaden gebruikers jouw app. Als je maar actief genoeg bent, dan bereik jij je publiek wel. Maar houd er vooral rekening mee dat het publiek luier wordt. Passief wachten ergens aan het rand van het web, dat gaat helaas steeds minder goed. Zo interconnected is het web niet meer. Maar wees niet ongerust, daar weet murb wel raad mee.

Deze post verscheen eerder op The Bean Blog

Op de hoogte blijven?

Maandelijks maak ik een selectie artikelen en zorg ik voor wat extra context bij de meer technische stukken. Schrijf je hieronder in:

Mailfrequentie = 1x per maand. Je privacy wordt serieus genomen: de mailinglijst bestaat alleen op onze servers.